In de afgelopen decennia is er bij veel mensen de behoefte ontstaan om af en toe te verstillen. Het aanbod van yoga- en mindfulness-trainingen kan de vraag ernaar maar amper bijhouden. Wat is het dat de mens zoekt? Is het de behoefte aan een zekere compensatie voor het hectische leven? Is het een vlucht omdat we de tsunami aan ellendige nieuwsberichten niet meer aan kunnen? Enfin, iedereen zal daar zo zijn eigen motivatie voor hebben. In dit persoonlijke blog maak ik je deelgenoot van mijn manier van mediteren.
Door mijn katholieke opvoeding ben ik van jongs af aan vertrouwd geraakt met het fenomeen bidden. Maar zoals veel katholieken, heb ook ik het instituut inmiddels de rug toegekeerd. Niet in de laatste plaats vanwege de starre dogma’s met verregaande maatschappelijke consequenties. Te denken valt aan het officiële standpunt ten aanzien van het gebruik van voorbehoedsmiddelen en de uitsluiting van gescheiden ouders en mensen met een andere seksuele voorkeur dan die van tussen man en vrouw. De met een koevoet gelifte deksel van de doos van Pandora ofwel de gelichte tip van de zogenaamde mantel der liefde, die de kerk zelf over het vele kindermisbruik had gelegd, was er de oorzaak van dat velen (en ook ik) het instituut verlieten.
In mijn queeste naar een balans tussen hetgeen je kunt weten en hetgeen waarvan je wel enig bevroeden hebt dat het betekenisvol is, maar waarover je in feite geen kennis kunt hebben, heb ik mijn licht opgestoken bij o.a. de gnostici, de taoïsten en de Boeddhisten. In de afgelopen tien jaar heb ik boeken gelezen van Ervin László, Deepak Chopra, Ken Wilber, Pièrre Teilhard de Chardin, Spinoza, Immanuël Kant, Friedrich Nietzsche, Lao Tse, enfin … te veel om allemaal op te noemen. En, o ja, de Nag Hammadi geschriften (met o.a. het evangelie van Thomas). Verder heb ik ongeveer twee jaar - onder begeleiding - Zen meditatie gepraktiseerd in een zendo. En ja, ook ik heb een cursus mindfulness gevolgd. Momenteel mediteer ik inmiddels ruim een jaar dagelijks 15 minuten in mijn eigen woonkamer. Dat doe ik meestal aan het begin van de middag, na m’n dagelijkse wandeling.
Misschien nog een residu uit mijn actieve kerkelijke periode, maar ik heb een soort altaartje gemaakt met daarop een Boeddhabeeld, een wierookbrander, een klankschaal en een stapeltje stenen (op een kleedje dat mijn oma nog gehaakt heeft). Ik neem plaats op een stoel naast het altaartje (een eenvoudige Ikea stoel) en creëer een mystiek sfeertje door een wierookkegeltje te ontbranden en de klankschaal aan te slaan. Dan activeer ik de timer op mijn mobiel, sluit mijn ogen en houd mijn handen als een kom op elkaar (waarbij m’n duimen elkaar licht raken). De meditatie is begonnen. Ik ga over op de buikademhaling.
De centrale gedachte die ik contempleer is een soort dubbele verbintenis van mijn ziel. Enerzijds ervaar ik een diepe verbondenheid met de goddelijke matrix van het overkoepelende bewustzijn, waarmee alle levende organismen in dit universum een connectie hebben. Anderzijds ervaar ik een zelfbewustzijn van mijn aardse bestaan: een soort gecombineerde projectie van mijn zintuiglijke waarnemingen, mijn gedachten en mijn emoties. Deze projectie veroorzaakt een illusoir aards ego van mijzelf. Een illusie van een autonoom ego, dat niet in verbinding gedacht kan worden met de andere levende organismen. Mijn aardse ego is het afgescheiden mannetje, dat als subject solistisch zijn weg in het leven bepaalt, met als belangrijkste overtuiging: het leven is maakbaar. Maar ook die gedachte is een illusie. Na deze contemplatie richt ik me op datgene wat vanzelf gaat (wu wei), namelijk m’n ademhaling. Gedachten en emoties blijven zich nog aandienen, maar ik houd ze op afstand door ze als het ware drijvend in een rivier alleen maar voorbij te laten gaan. En of gedachten nu vooraf gaan aan je emoties of juist andersom, als je beide het zwijgen weet op te leggen en je weet je af te sluiten voor zintuiglijke sensaties, dan kun je soms de goddelijke vonk in jezelf gewaarworden. Vervolgens mediteer ik op de gedachte van een interventieloos leven (wu wei), een leven dat zich voltrekt op basis van mijn intuïtie welke als het ware door mijn ziel (het goddelijke ofwel het licht in mij) wordt aangestuurd.
Omdat je in deze toestand de ‘gateway’ naar de goddelijke matrix van het overkoepelende bewustzijn bewust opent, scherm ik deze af voor ongenode zielen door in stilte een gebed te reciteren (in casu een weesgegroetje). Daarna richt ik me op de taal van de liefde, opdat ik leer deze zowel te verstaan, als te spreken. Ik sluit mijn meditatie vervolgens af door wederom de klankschaal aan te slaan.
Naast de hierboven beschreven structuur van mijn meditatie, mediteer ik soms ook op specifieke thema’s, zoals bijvoorbeeld schuld & vergeving, mijn rollen in het leven, mijn overlijden, humor, angst, het geweten, enfin … op een onderwerp dat me op dat moment bezighoudt.
Bij het nalezen van bovenstaande tekst, voelde ik me kwetsbaar bij het idee dit openbaar te maken. En toch heb ik ervoor gekozen om dit te doen, omdat we in feite allemaal zoekende zijn naar een ‘bigger picture’. Misschien trigger ik iets bij jou, positief of negatief, laat het me dan in ieder geval even weten.
Heel leuk juist om te lezen over hoe je dat doet! Ik wil het ook gelijk weer vaker gaan doen!
Wat schrijf je toch mooi en inspirerend. Ik vind het interessant om te weten hoe je dit doet. Het triggert mij om ook regelmaat te brengen in het mediteren. Dankje!