Tijdens het grootste deel van de 20ste eeuw leefden we in een land dat sterk verzuild was. De samenleving was grofweg opgedeeld in vier grote zuilen, te weten: een protestantse, een katholieke, een socialistische en een liberale zuil. De plek waar je wieg had gestaan, bepaalde al in hoge mate de contouren van je identiteit. Op een iets lager niveau, maar niet minder belangrijk, kreeg je identiteit kleuring door respectievelijk de familie en het gezin waarbinnen je opgroeide. En dat men daar in geloofde, getuige wel het spreekwoord: wie voor een dubbeltje geboren wordt, wordt nooit een kwartje.
Het organisatieprincipe van de samenleving was tijdens de verzuiling sterk gericht op separate groepen. Zo had elke groep (bv) zijn eigen school, krant, vakbond en politieke partij. Er was dus sprake van een collectieve identiteit, waarbij men zich senang voelde. Hoewel deze groepsvorming leidde tot een sterke interne cohesie, veroorzaakte het extern juist een verdergaande segregatie. In de jaren 60 van de vorige eeuw trad onder invloed van de culturele tegenbeweging, de opkomst van televisie en de groeiende welvaart, een periode van ontzuiling en secularisatie in. Dit leidde tot een episode waarin het individualisme in eerste instantie weelderig kon tieren, omdat de strikte scheiding tussen de verschillende maatschappelijke groepen was verdwenen.
Maar inmiddels zoekt de mens alweer naarstig naar andere uitgangspunten op basis waarvan ze zich kan verbinden met anderen. Dat lijkt er op te wijzen dat collectiviteit blijkbaar een fundamentele rol speelt in de bestaansgrond van de mens, maar dat terzijde. De criteria waarop men tot groepsvorming komt, lijken meer van persoonlijke aard te zijn, waardoor de complexiteit en diversiteit van de menselijke ervaring meer expressie kunnen krijgen. Uiteraard vindt er ook groepsvorming plaats rondom meer ideologische aspecten, zoals (bv) discriminatie en klimaatverandering. De moderne woke-beweging kan gezien worden als de nieuwe vorm van gemeenschapsvorming (verzuiling 2.0). In veel landen lijkt het streven van de mens erop gericht te zijn om een steeds inclusievere samenleving te realiseren, maar de aanhangers van de recentelijk ontstane woke-cultuur lijken daarentegen juist groepen buiten te sluiten of zelfs te marginaliseren. Hoe zit dat?
De veelzijdigheid en de uiteenlopende interpretaties van de term ‘woke-beweging’, maken het lastig om deze cultuur in algemene zin te bekritiseren. Naast het feit dat veel woke-aanhangers inclusiviteit en bewustwording belijden, ontstaat er in de samenleving ook de indruk dat hun standpunten juist leiden tot een sterkere polarisatie. Het komt dan ook regelmatig voor dat er sociale druk wordt uitgeoefend, op mensen met een ‘afwijkende mening’, zodat zij zich uiteindelijk toch zullen conformeren aan de woke-ideeën. Zelfs het boycotten van bedrijven of individuen, wordt niet geschuwd. Afhankelijk van de context duiden woke-aanhangers hun opponent aan met woorden als onwetend, conservatief, reactionair, bekrompen of als boze witte man, onderdrukker of boomer (een neerbuigende term voor oudere mensen die vasthouden aan zogenaamde ouderwetse opvattingen). Bij dit jargon bespeur ik weinig inclusiviteit.
De climax van de individuele onderscheidingsdrang lijkt de gendertransformatie te zijn geworden. Mensen bij wie de gevoelde identiteit niet overeenkomt met hun biologische kenmerken, willen graag een transformatie ondergaan. De genderidentiteit is een diepgeworteld aspect van een persoon, vergelijkbaar met seksuele geaardheid. Het is dus niet iets dat eenvoudigweg veranderd kan worden. Blijft over de genderexpressievorm, daar kan wel iets aan worden gedaan door middel van hormoontherapie of geslachtsbevestigende chirurgie. Volgens mij is het een lijdensweg. En hoe zit het met spijtoptanten?
Rondom elke seksuele variant die denkbaar is, ontstaat een nieuwe groep van gelijkgestemden. Als je niet voor hen bent, ben je tegen. Kortom: een nieuwe vorm van (micro)verzuiling, die verregaande spanningen in de samenleving kan veroorzaken. Je kunt je de vraag stellen of we als maatschappij niet zijn doorgeschoten in het streven naar persoonlijke zelfexpressie. Is de obsessie met identiteit niet schadelijk voor zowel het individu als de samenleving? Weerspiegelt deze drang niet een verlies aan vermogen om de realiteit te accepteren zoals die is? Onze fixatie op maakbaarheid en zelfverbetering, leidt ook tot fundamentele ontevredenheid (dysforie) of soms zelfs tot een gevoel van vervreemding. Waar blijven we met onze filosofische uitgangspunten van acceptatie en ‘gelatenheid’? Ik realiseer me dat er ook een drang is om dichter bij je authentieke zelf te komen, maar ten koste van wat? Gendertransformatie is een volgende stap op de weg van het transhumanisme: het streven naar verbetering van de menselijke conditie om zo lichamelijke en mentale vermogens te verbeteren, levensduur te verlengen, en andere menselijke beperkingen te overwinnen. Is dit wel de afslag die we willen nemen? Het stellen van deze laatste vraag, is in feite een appèl op de samenleving om hierover het maatschappelijke debat met elkaar te voeren.
Toevoegingen n.a.v. discussies over dit topic
Woke betekent dat je heel bewust bent van onrechtvaardigheid en discriminatie in de wereld en daar iets aan wilt doen. Vaak worden anderen gedwongen hun mening te volgen, wat kan leiden tot conflicten en uitsluiting (in plaats van inclusiviteit).
Binnen de groep 'deugdmensen' (ik noem ze woke-aanhangers) zijn tal van issues waarop men zich profileert, niet zelden is men in meerdere subgroepen actief. Dat noem ik 'verzuiling 2.0'. Door hun fanatisme sluiten ze juist mensen uit en dat kan niet de bedoeling zijn. Langs het pad van de idealist, vindt men de lijken.
Het idee dat we klimaatverandering tegen kunnen houden (ook een issue van deugdmensen), is een vorm van grootheidswaanzin (van de mens). Als ik dat tegen een woke-aanhanger zeg, dan lig ik eruit (hoor ik er niet meer bij).
Het begint er op te lijken dat het individualisme een nieuw soort hoogtepunt gaat bereiken en de vraag is of dit ethisch gezien wel een weg is die we in willen slaan. Over hoe de mensheid zich ontwikkelt, zou iedereen een mening moeten ontwikkelen (denk ik).
Ik bemoei me ermee, omdat het om de grenzen van de mensheid gaat. Net zoals (bv) het debat over vrijwillig levenseinde iedereen aangaat.
Over de realiteit m.b.t. identiteitsproblematiek, stel ik de vraag tot op welke hoogte we daaraan biologisch gezien zouden moeten willen sleutelen. Met name gezien vanuit onze obsessie met maakbaarheid. Ik besef dat dit een hele delicate kwestie is, maar ethisch gezien moet deze vraag mijns inziens gesteld worden. Wat vinden we als mensheid (medisch gezien) wel of niet acceptabel. Volgens mij laten we deze afweging op tal van fronten achterwege. Daarom roep ik ook op tot een maatschappelijk debat over dit soort controversiële onderwerpen.
Petite Fille, een documentaire die zeker te denken geeft
Mei 2022•1u 24m•
Zolang ze zich kan herinneren, droomt de 7-jarige Sasha ervan een meisje te mogen zijn. Haar familie staat haar zonder aarzelen bij. Op school moet ze jongenskleren dragen en wordt ze anders behandeld dan haar klasgenoten. Voor Sasha is het soms moeilijk te begrijpen waarom ze niet simpelweg kan zijn wie ze is en kan dragen wat ze wil. We zien Sasha spelen, op balletles en tijdens haar therapiesessies en we zien het leven van een familie die vecht voor het geluk van hun dochter in een samenleving die vasthoudt aan traditionele ideeën over gender.
Zie ook 'Mens worden is een kunst' (Amsterdam 2023) van Rob Riemen, blz 148/149
Comments